Een norm, die geen norm is:
De huidige norm van ICNIRP bestaat al lang, is onjuist en inmiddels op alle onderdelen volstrekt achterhaald.
De norm is ten onrechte uitsluitend gebaseerd op het thermisch (= opwarmend) effect van straling op 1 plastic hoofd gevuld met zout water gedurende 6 minuten…….
Allereerst blijkt uit alle onderzoeken dat juist het biologische effect van straling de meest schadelijke gezondheidsgevolgen geeft, het thermische effect niet.
Daarnaast is de norm dus gebaseerd op slechts 6 minuten straling, terwijl de meeste mensen 24/7 worden bestraald, dus per dag al 240 keer méér!
En in Nederland hanteert de Overheid dus ook nog eens de hoogste waarde van die norm ter wereld. Dit nivo zou je kunnen vergelijken met een voor de veiligheid ingestelde maximale snelheidslimiet voor auto’s van 5.000 km per uur, dus dat maximum heeft weinig zin.
Oplopend aantal gezondheidsklachten, maar meeste artsen weten (nog) van niets:
Het aantal gezondheidsklachten loopt nu zo sterk op, dat de doofpot “gelukkig” op barsten staat. Naar verwachting heeft ten minste 3 % van de wereldbevolking gezondheidsklachten als gevolg van straling, in Nederland dus ruim 550.000 mensen.
Slechts circa 3.500 mensen in Nederland wéten inmiddels dat hun gezondheidsklachten worden veroorzaakt of verergerd door straling (en kunnen er dus wat aan doen), de rest weet nog van niets……..
Ook de meeste artsen (op een 100-tal na in Nederland) weten en onderkennen nog niet dat deze straling – en zeker met de huidige overdosis – ernstige gezondheidsklachten veroorzaakt, óók op de korte termijn.
Jammer dat relatief veel artsen – ook na patiëntverzoek daartoe – blijkbaar (nog) geen enkele moeite nemen zich adequaat te informeren.
Ten onrechte denken sommige artsen dat als straling een oorzaak kon zijn, zij dat dan wel zouden horen van een Overheid en gerelateerde instanties. Niet dus.
Of dat zij dan eventueel “buiten hun medisch boekje” zouden gaan en mogelijk kunnen worden beschuldigd van kwakzalverij: daar bestaat immers grote angst voor in deze beroepsgroep.
Echter, net zoals bijvoorbeeld fijnstof, kan ook straling worden gezien als een zogenaamde “milieuziekte”: het is dan ook volstrekt logisch, geoorloofd en zelfs medisch noodzakelijk dat artsen de optie “straling” meenemen in hun diagnose en behandeling. Het niet meenemen is dus eerder een verwijtbaar medisch falen en hoort uiteindelijk thuis bij een medisch tuchtcollege !
Ook het Nederlandse Huisartsen Genootschap NHG kijkt de andere kant op en heeft zelfs klachten door straling – blijkbaar bewust cryptisch omschreven – laten opnemen in hun zogenaamde SOLK-huisartsenrichtlijn. SOLK staat voor “Somatisch Onverklaarbare Lichamelijke Klachten”.
Daarbij dient de arts de patiënt door te verwijzen naar een psycholoog of psychiater, dan wel eerst zelfs vol te stoppen met (volstrekt oneigenlijke) “neuromedicatie”.
Als de patiënt voortaan direct wordt getoetst aan eventuele blootstelling door overdosis straling, scheelt dat veel leed en kosten. Naar schatting worden inzake stralingsgevallen alleen al aan onjuiste en onnodige medische behandelingen en medicijnen in Nederland tenminste 100 miljoen Euro per jaar verspild.
Passende maatregelen om straling te voorkomen kosten meestal niets tot weinig en vrijwel direct kan worden vastgesteld of straling inderdaad de oorzaak was. Want klachten verdwijnen relatief snel, als de (overdosis) straling wordt vermeden.
Het kan wel anders:
Vooral in Zuid Nederland hanteren artsen overdosis straling als mogelijke oorzaak, bespreken dit ook met hun patiënt, overhandigen de Belgische Overheidsfolder en adviseren over de eenvoudig zelf te nemen maatregelen. Ongetwijfeld komt dat doordat de Belgische Overheid wél een actiever beleid naar hun burgers voert, wat ook bekender is bij Nederlanders in de grensstreek.
Gezondheidsklachten van (overdosis) straling:
Het begint vaak met één of meerdere klachten, welke ontstaan tijdens of na de overbelasting door straling. Bij herhaalde overdosis straling neemt meestal het aantal klachten toe, als vaak ook de heftigheid van de klacht.
De “geconsumeerde” hoeveelheid straling kan van verschillende stralingsbronnen zijn: zowel thuis, als op werk, als onderweg. Het geheel vormt dan de hoeveelheid en (over-)dosis. Bij gevoeligheid en/of herhaalde overdosering kan tevens “sensibilisering” optreden, waardoor de “bestraalde mens” steeds sneller en heftiger reageert.
De relatie tussen stralingsbron(-nen) en klachten is specifiek en herhaalbaar. Altijd geldt: als de schadelijke velden worden weggenomen, verdwijnen of verminderen de klachten, soms na enige tijd.
De meeste gezondheidsklachten zijn snel te merken. Van sommige klachten echter, kan het jaren duren voordat ze zich openbaren, dan veelal met fatale afloop.
Niet iedereen heeft of krijgt alle klachten, veelal is sprake van een (oplopend tot) 6–tal klachten, welke per persoon verschillen.